Vanaf heden, maart 2022 is de kwekerij gesloten voor bezoek en verkoop!

Lijst Heemplanten

Wij kweken alles zelf

Wij kweken alle heemplanten zelf. Wij hebben een soort basislijst en daarom heen variëren wij met het aanbod. Heemplanten kunnen in eerste plaatst geplant worden in een voor deze plant geschikte biotoop. Ook kunnen ze in borders toegepast worden waardoor ze de tuin een natuurlijk karakter geven en waardoor deze extra aantrekkelijk wordt voor allerlei vlinders, wilde bijen en klein inheems leven.

Hoe wij werken

Wij werken ecologisch, in de tuin, maar ook de planten in de pot krijgen naast voedzame potgrond geen onnatuurlijke behandelingen. Water als ze water nodig hebben, rust om te groeien, geen kunstgrepen om de bloei te remmen of te versnellen.

Aanbod en Advies

Ons aanbod planten is divers, geschikt voor diverse soorten grond: klei, zand, nat of droog. Tevens planten die bepaalde vlinders of wilde bijen aantrekken. U krijgt van ons altijd de juiste informatie bij de planten, ook als het om planten gaat die kortlevend of tweejarig zijn maar die toch waarde voor de tuin hebben.

Betrouwbaar assortiment

Wij bieden zoals gezegd een betrouwbaar assortiment en wij adviseren u graag als het gaat om de aanschaf van  heemplanten voor uw tuin.

Verkoop en prijzen

Prijzen: Planten opgekweekt en verkocht in 9 bij 9 cm potjes variërend tussen de € 2,50 en € 4,50. Voor grotere potmaten gelden andere prijzen.

Planten worden uitsluitend op de kwekerij of aan de kraam verkocht. Wij versturen geen planten.

Deze heemplantenlijst is een uitgangslijst

Hieronder volgt een uitgangslijst, een vrij uitgebreide lijst. We doen ieder jaar weer ons best zoveel mogelijk soorten op te kweken. Een variabel aanbod is voor ons belangrijker dan een groot aanbod van één soort.

Zoekt u gericht een specifieke plant dan raden wij u aan eerst even contact met ons op te nemen om te kijken of de plant voorradig is op de kwekerij. Bel 0595-424589 of mail naar kwekerijdebeemd@hetnet.nl

Lijst Heemplanten

Uitleg lijstopbouw :

Plantnaam, latijns en nederlands – gebruikscode achter de plantnaam

hoogte, bloeitijd, kleur

Schuingedrukt extra informatie betreffende de plant

Gebruikscode voor heemplanten

Daar heemplanten vaak bepaalde eisen stellen aan hun standplaats zijn ze globaal ingedeeld in een vijftal milieus. Ieder milieu wordt aangegeven met een hoofdletter.

A. Planten voor kalkarme zandgronden.

Aa. Planten voor kalkhoudende, droge zandgronden.

B. Planten voor ruderale gronden. Onder ruderale gronden worden verstaan; industrieterreinen, spoorwegemplacementen, puinvelden. Kortom producten van de infrastructurele facetten van de moderne samenleving.

C.Planten voor natte weiden. De bodem staat hier steeds onder invloed van het grondwater.

Cc. Planten voor voedselrijke vochthoudende bodems, vooral op leem- , klei- en zavelgronden.

D. Zoomplanten. Planten die op de overgang van de ene naar de andere vegetatie groeien. Wij doelen hier op de planten die op de overgang van grasland naar struweel groeien. De meeste zoomplanten doen het het best langs zonnige struik- en bosranden. Voor schaduwrijke zomen kan met het best bosplanten gebruiken.

E. Bosplanten. De meeste bosplanten houden van min of meer voedselrijke grond die niet te droog is. Indien een plant geschikt is voor droge bossen wordt dat apart vermeld.

W. Plant die woekert.

L. Liefhebbersplant.

Heemplantenlijst :

Aconitum napellus – Monnikskap – D,E

0.60-1.00, 6-8, blauw

Alle delen van de plant zijn zwaar giftig. Vroeger werd de plant gebruikt om pijlpunten mee in te smeren.

Aconitum vulparia – Gele monnikskap – D,E

0.60-1.00, 6-8, bleekgeel

Agrimonia eupatoria – Gewone agrimonie – Cc,D,E

0.30-1.20, 6-9, geel,

De plant in water gekookt geeft hierna een geelgroene kleur waarmee men wol en leer kan verven.

Ajuga reptans – Kruipend zenegroen – D,E

0.07-0.30, 4-5, blauw soms roze

De plant is wintergroen (zene=altijd). Ajuga komt van het Latijn en betekent afdrijven (van vrucht). De plant zou vroeger gebruikt zijn voor het opwekken van een abortus.

Alchemilla vulgaris – Vrouwenmantel – D,E

0.10-0.50, 5-7, geelgroen

Allium schoenoprasum – Bieslook – A,Aa,Cc

0.15-0.50, 5-7, roze,

Allium ursinum – Daslook – D,E

0.20-0.40, 4-5, wit,kalkminnend, bijenplant, stinzenplant

De bladeren zijn eetbaar en smakelijk voordat de plant gaat bloeien, door de sla of door er een pesto van te maken

Althaea officinalis – Echte Heemst – C,D

0.60-1.50, 7-9, wit met paarse aderen

Geneeskruid dat aangewend wordt bij verkoudheid, bronchitis en bij ontstekingen aan de spijsverteringsorganen, bijenplant.

Anemone nemerosa – Bosanemoon – D,E

0.07-0.25, 3-5, wit,vaak blossig, kalkminnend

Anemone rapunculoides – Gele anemoon – D,E

0.15-0.25, 3-5, geel

Angelica archangelica – Grote engelwortel – C,W

0.90-2.50, 7-9, wit

Angelica sylvestris – Gewone engelwortel – C,D,E,W

0.90-1.80, 7-9, wit, vochtminnend

Deze plant zou de mensheid aangewezen zijn door een engel, zij speelde een grote rol in het volksbijgeloof. Bijenplant.

Anthoxanthum odoratum – Reukgras – C,Cc,D

0.10-0.80, 4-6, aar

Anthyllis vulneraria – Wondklaver – A,Aa

0.15-0.60, 5-10, geel

Geneeskruid, gekneusde bladeren op wond werkt helend.

Aquilegia vulgaris – Wilde akelei – D,E

0.45-0.60, 5-7, blauw,kalkminnend

De akelei is een van de oudste tuinplanten.

Aristolochia clematitis – Pijpbloem – B,D,E,L

0.20-0.90, 5-6, lichtgeel

Arum italicum – Italiaanse aronskelk – D,E

0.30-0.60, 5-6, wit schutblad met gelige kolf

Bessen zijn giftig. Stinzenplant. Bestellen sept/okt.

Briza media – Trilgras – A,Aa

0.20-0.50, 5-8, verspreide aren, niet te arm,

Bryonia cretica – Heggerank – D

2.00-4.00, 6-9, wit,rode bes

Deze plant is waarschijnlijk lang geleden in kloostertuinen ingevoerd en is daaruit verwilderd. De wortel werd gebruikt als laxeermiddel en bij huidaandoeningen. De bessen zijn giftig.

Butomus umbellatus – Zwanebloem – Ondiep water

0.30-1.50, 6-9, roze

Caltha palustris – Dotterbloem – C

0.15-0.50, 4-5, dooiergeel

Bijenplant. Plant is een belangrijke stuifmeelproducent in het voorjaar.

Campanula komt uit het Latijns en betekent klokje ,dit zinspeelt op de bloemvorm. Alle campanula’s zijn voor de Nederlandse wet beschermd. De meeste campanula’s zijn goede bijenplanten.

Campanula glomerata – Kluwenklokje – Aa

0.30-0.90, 6-10, blauw-paars, niet te droog

Campanula patula – Weideklokje – C,Cc

0.30-0.60, 5-7, blauw-lila, een of tweejarig

Niet te droge en zure grond. Bijenplant.

Campanula persicifolia – Perzikbladig klokje – D,E

0.30-0.90, 6-7, blauw

Campanula rapunculus – Rapunzelklokje – A, Aa,D

0.60-0.90, 5-8, lichtpaars

Campanula rapunculoides – Akkerklokje – A,B,W

0.60-1.20, 6-8, helder violet

Campanula rhomboidalis – Bergklokje – C,Cc,L

0.20-0.50, 6-7 (+nabloei), blauw

Schaduwminnend, plant is buiten haar milieu ook toepasbaar in A.

Campanula rotundifolia – Grasklokje – A,Aa

0.15-0.60, 6-10, blauw-paars

Campanula trachelium – Ruig klokje – D,E,W

0.60-0.90, 7-8, blauw-lila

Cardamine pratensis – Pinksterbloem – C,Cc

0.30-0.60, 3-5, lila

Het blad bevat veel vitamine C en kan in het voorjaar als salade gegeten worden. Eén van de weinige waardplanten voor het Oranjetipje.

Carduus nutans – Knikkende distel – B,W

0.30-2.00, 7-8, purper, tweejarig

Carex pendula – Hangende zegge – D

0.50-1.00, 5-7, hangende aar

Carex sylvatica – Boszegge – D,E

0.30-1.00, 5-6, hangende ijle aar

Centaurea jacea – Echt knoopkruid – C,Cc,W

0.10-1.20, 6-7, lichtpurper, bijenplant en zeer goede vlinderplant

Centaurea scabiosa – Grote centaurie – Aa,W

0.30-1.20, 6-8, purper, bijenplant en zeer goede vlinderplant

Centaurium erythraea – Echt duizendguldenkruid – A, Aa

0.15-0.50, 7-9, roze

Eén of tweejarig. De naam heeft de plant te danken aan haar geneeskracht. Een plant die zo’n geneeskracht bezat moest wel duizend gulden waard zijn. De plant wordt nu nog gebruikt om de stofwisseling te bevorderen en als aansterkend middel na ziekte.

Ceratophyllum demersum – Hoornblad – Waterplant

0.60-0.90, 7-9, zuurstofplant

Cheiranthus cheiri – Muurbloem – Muurplant

0.20-0.90, 5-6, goudgeel

Cichorium intybus – Wilde cichorei – A,Aa,B

0.15-1.50, 7-8, blauw

Bijenplant. Uit de wortel maakt men koffiesurrogaat. De jonge bladeren kan men in de salade doen of gekookt als groente eten. Als geneeskruid wordt ze gebruikt bij lever en galziekten en bij nerveuze uitputting. De gedroogde wortel vindt ook toepassing bij behandeling van diabetici.

Circaea lutetiana – Groot heksenkruid – D,E,W

0.30-0.60, 6-9, wit

Clematis vitalba – Bosrank – D,E

tot 7.00, 6-8, wit

Verdraagt droogte. Giftig. Clematis komt uit het Grieks en betekent rankende plant. De plant valt ’s winters op door talrijke wollige vruchten.

Convallaria majalis – Lelietje der dalen – D,E

0.15-0.30, 5-6, wit, rode bes.

De plant bevat (vooral in de bloem) hartgiften die in de geneeskunde gebruikt worden. Uit de bladeren kan een groen tot gele verfstof gemaakt worden.

Coronilla varia – Kroonkruid – A,Aa,B

0.30-1.20, 6-9, wit, roze en purper

Kalkminnend, bijenplant, zwak giftig.

Coridalis solida – Voorjaars helmbloem – D,E

0.10-0.25, 3-4, purper. Bol bestellen okt./nov.

Cucubalus baccifer – Besanjelier

0.60-1.20, 7-8, wit, zwarte bes, vochtig

Gebruikscode in het kort:

  1. Planten voor liefhebbers, oftewel planten die speciale zorg behoeven.
  2. Planten voor Kalkarme zandgronden.

Aa. Planten voor kalkhoudende, droge zandgronden.

  1. Planten voor ruderale gronden.
  2. Planten voor natte weiden.

Cc. Planten voor voedselrijke vochthoudende bodems, vooral op leem- , klei- en zavelgronden.

  1. Zoomplanten. Planten die op de overgang van de ene naar de andere vegetatie groeien.
  2. Bosplanten, min of meer voedselrijke niet te droge grond.
  3. Plant die woekert.

Dactylorhiza majalis – Rietorchis – C

0.15-0.60, 5-7, donkerpurper tot lichtrood- paars

Daucus carota – Wilde peen – B,Cc

0.30-0.90, 6-10, wit, tweejarig

Dianthus komt uit het Grieks en betekent goddelijke bloem. Alle anjers zijn beschermd.

Dianthus armeria – Ruige anjer – Aa,B,W

0.30-0.45, 6-8(10), roodroze

Deze plant bereikt in Nederland de noordgrens van haar areaal.

Dianthus carthusianorum – Karthuizeranjer – Aa

0.30-0.45, 6-8(10), roodroze

Deze plant zou door de karthuizermonniken gekweekt zijn. Zeer zeldzaam, waarschijnlijk uit de Nederlandse flora verdwenen.

Dianthus deltoides – Steenanjer / Heideanjer – A

0.20-0.45, 6-10, rood of roze

Digitalis purpurea – Vingerhoedskruid – D,E,W

0.30-1.50, 5-10, paars

Geneeskrachtig, vooral toegepast bij hartkwalen. Zeer giftig.

Doronicum pardalianches – Voorjaarszonnebloem – D,E,W

0.30-0.90, 5-6, geel, stinzenplant

Doronicum plantagineum – Bastaarddoronicum – D,E

0.30-0.90, 5-6, geel, stinzenplant

Drosera rotundifolia – Ronde zonnedauw – L

0.05-0.30, 6-8, wit

Voor vochtig, voedselarm zuur milieu, vochtgehalte moet constant zijn.

Vleesetend plantje. In de geneeskunde worden preparaten van zonnedauw vaak voorgeschreven bij acute en chronische ontstekingen van de diepere ademhalingsorganen.

Erica tetralix – Dophei

0.10-0.60, 6-10, roze

Op zure natte zand-, leem- of veengrond.

Eupatorium cannabinum – Leverbloem/Koninginnekruid – Cc,W

0.70-1.50, 7-9, roze

De naam leverbloem kreeg de plant omdat zij vroeger aangewend werd tegen leverziekten en geelzucht. Koninginnekruid is een verbastering van het Duitse kunigunde kraut, genoemd naar de in 1200 heilig verklaarde echtgenote van keizer Hendrik II. Het blad vertoont gelijkenis met dat van cannabis, vandaar cannabium. De plant trekt vooral veel vlinders.

Euphorbia palustris – Moeraswolfsmelk – C

0.60-1.50, 5-6, geel

Giftig. Oud geneeskruid dat vroeger aangewend werd tegen hondsdolheid.

Filipendula ulmaria – Moerasspirea – C,D,W

1.00-2.00, 6-8, roomwit

Filipendula vulgaris – Knolspirea – Aa,D

0.30-0.60, 5-7, wit

Fragaria moschata – Grote bosaardbei – D,E,W

0.15-0.30, 5-6, wit, geen vrucht

Fragaria vesca – Bosaardbei – D,E,W

0.05-0.20, 5-10, wit

Van de jonge bladeren en aardbeien kan met thee zetten.

Fritillaria meleagris – Kievitsbloem – C

0.20-0.50, 4-5, purper of wit, bol okt./nov

Galium is een oude Griekse plantennaam die melk betekent. Het sap van de plant zou melk doen stremmen.

Galium cruciata – Kruisbladwalstro – D,E

0.15-0.45, 4-6, geel

Galium mollugo – Glad walstro – C,Cc

0.30-1.00, 5-8, wit

Geschikt voor zware klei.

Galium odoratum – Lievevrouwebedstro D,E

0.15-0.30, 5-6, wit

In de middeleeuwen werd het kruid gebruikt als strooikruid over vloeren, bij het vullen van matrassen en het werd tussen het linnen in de linnenkast gelegd tegen de motten. De gedroogde plant heeft een geur die lijkt op klaver en pas gemaaid gras. De bladeren worden nu nog gebruikt voor het op smaak maken van dranken, likeuren en vruchtenmengsels

Galium palustre – Moeraswalstro – C

0.01-0.10, 5-9, wit

Galium sylvaticum – Boswalstro – D,E

0.60-1.20, 6-8, wit

Galium verum – Echt walstro – A,Aa

0.05-1.20, 6-10, geel

Gentiana cruciata – Kruisbladgentiaan – Aa,L

0.07-0.45, 6-8, blauw

Tinctuur van de wortel wordt in de homeopathie gebruikt bij heesheid en keelpijn.

Geranium phaeum – Donkere ooievaarsbek – D,E,W

0.45-0.60, 5-7, donkerbruin. Bijenplant.

Geranium pratense – Beemdooievaarsbek – C,D,W

0.30-0.90, 5-8, blauw soms wit. Bijenplant.

Geum rivale – Knikkend nagelkruid – C,D

0.15-0.45, 5-6, roodachtig, crème

De wortel van de plant vervangt soms cacao.

Gratiola officinalis – Genadekruid – L

0.10-0.40, 6-8, wit met lichtgele kroonbuis, Oeverplant.

Heracleum sphondylium – Bereklauw – Cc,D,W

0.90-1.50, 6-10, wit

Hieracium-Havikskruid. Volgens een verhaal van Plinius in zijn Nat. Hist. Naturalis zouden haviken zich van het melksap van de havikskruiden bedienen om de ogen te scherpen. De plant werd vroeger ook gebruikt om oogziekten te genezen.

Hieracium aurantiacum – Oranje havikskruid – A,Aa,W

0.30-0.60, 6-7(-10), oranje

Hieracium caespitosum – Weidehavikskruid – A,Aa,C,W

0.30-0.90, 5-6, geel

Hieracium maculatum – Gevlekt havikskruid – A,Aa,D,E,W

0.20-1.00, 6-7, geel, mooi gevlekt blad

Hieracium pilosella – Muizeoor A,Aa,W

0.05-0.30, 5-6, geel

Hieracium sabaudum – Boshavikskruid – D,W

0.30-1.30, 8-10, geel

Hieracium umbellatum – Schermhavikskruid – A,E,W

0.10-1.20, 7-10, geel

Hippuris vulgaris – Lidsteng – Ondiep water

0.15-0.90, 5-8, onbeduidend

Humulus lupulus – Hop – D,E,W

2.00-6.00, 7-9, geelgroene hopbellen

Slingerplant. Geneeskrachtig, wordt gebruikt als kalmeringsmiddel, bij slapeloosheid, nerveuze opwinding e.d. De hop gebruikt in de bierbrouwerij zijn cultuurvariëteiten.

Hypericum-Hertshooi. Herts betekent hier hard, dus letterlijk hard hooi. Dit omdat de plant vanwege haar harde stengels ongeschikt is om tot hooi verwerkt te worden.

Hypericum perforatum – St.Janskruid – A,Aa,D,W

0.20-0.80, 6-9, geel,.Bijenplant

Deze plant speelde in het volksgeloof en in de geneeskunde een grote rol. Zo werd de plant gebruikt voor het verjagen van de duivel en heksen. De jonge bloemknoppen getrokken op olijfolie geeft St.Jansolie. Dit is een nuttig middel tegen brandwonden.

Gebruikscode in het kort:

  1. Planten voor liefhebbers, oftewel planten die speciale zorg behoeven.
  2. Planten voor Kalkarme zandgronden.

Aa. Planten voor kalkhoudende, droge zandgronden.

  1. Planten voor ruderale gronden.
  2. Planten voor natte weiden.

Cc. Planten voor voedselrijke vochthoudende bodems, vooral op leem- , klei- en zavelgronden.

  1. Zoomplanten. Planten die op de overgang van de ene naar de andere vegetatie groeien.
  2. Bosplanten, min of meer voedselrijke niet te droge grond.
  3. Plant die woekert.

Iris pseudacorus – Gele lis – Ondiep water

0.40-1.20, 5-7, geel

Jasione montana – Zandblauwtje – A

0.10-0.45, 6-8, blauw

Knautia arvensis – Beemdkroon – Cc

0.15-0.60, 5-6, lila. Bijenplant.

Lamium galeobdolon – Gele dovenetel – D,E,W

0.15-0.50, 5-6, geel

Galeobdolon is een oude naam voor een plant met een bunzingstank. Lamium galeobdolon heeft geheel groene bladeren. Planten met bont blad zijn kweekproducten.

Lamium maculatum – Gevlekte dovenetel – D,E,W

0.30-0.60, 4-6(-10), lichtpurper

Deze plant wordt voornamelijk bezocht door vlinders en hommels.

Lathyrus linifolius – Knollathyrus – D,E,L

0.15-0.30, 4-6, lichtpurper later blauw

Vooral geschikt voor zand- of leemgrond die kalkarm is.

Lathyrus sylvestris – Boslathyrus – D,E

1.00-2.00, 6-8, roze

Lathyrus tuberosus – Aardaker

0.30-1.50, 6-9, helderrood, kalkhoudende leemgronden, liefst voedselrijk.

Geschikt voor de onkruidakker. Aker is een oud woord voor eikel. Dit slaat op de onderaardse stengel met knollen. De aardaker is een neofiet. De knollen van de aardaker zijn eetbaar. Met dit doel werd de plant vroeger verbouwd.

Leontodon autumnalis – Herfstleeuwetand – B,Cc,W

0.07-0.45, 6-10, geel

Leontodon hispidus – Ruige leeuwetand – Aa,W

0.05-0.30, 7-10, geel, kalkminnend. Bijenplant.

Leonurus cardiaca – Hartgespan – B

0.30-1.00, 6-8, vuilroze. Bijenplant

Geneeskruid, vroeger werd het aangewend tegen hartkwalen, tegenwoordig wordt het meer toegepast tegen vrouwenkwalen en als versterkend middel bij zwakte en hysterie.

Leucanthemum vulgare – Wilde Margriet – C,Cc,W

0.30-0.60, 5-8, wit

De plant stond vroeger als orakelbloem in hoog aanzien. Het stelselmatig uittrekken van de lintbloemen was bepalend voor de verdere levensloop (hemel en hel), of als liefdesorakel (zij houdt van mij, zij houdt niet van mij).

Linaria cymbalaria – Muurleeuwenbek – A,W

0.15-0.60, 5-10, lichtviolet, groeit op muren

Linaria vulgaris – Vlasbekje – B,Cc,W

0.20-0.40, 6-10, lichtgeel met oranje

Een sterk afkooksel van de plant kan als vliegengif worden gebruikt.

Lotus corniculatus – Gewone rolklaver – A,Aa

0.05-0.40, 5-10, geel

Lotus uliginosus – Moerasrolklaver – C,Cc

0.30-0.60, 6-8, geel

Luzula luzuloides – Witte veldbies – D,E

0.30-0.70, 5-7, aren

Luzula sylvatica – Grote veldbies – D,E

0.30-0.80, 4-6, aren, zuurminnend

Lychnis flos cuculi – Echte koekoeksbloem – C

0.30-0.90, 5-7, dieproze. Bijenplant.

Indicator van hoge grondwaterstand.

Lysimachia nummularia – Penningkruid – C,Cc,D,E,W

0.10-0.60, 6-8, goudgeel

De naam penningkruid dankt de plant aan het feit dat de bladeren op munten lijken.

Lysimachia thyrsiflora – Moeraswederik – Ondiep water

0.30-0.60, 5-7, geel

Lysimachia vulgaris – Gewone Wederik – C,D,W

0.60-1.30, 6-8, geel

Geneeskruid dat gebruikt wordt bij behandeling van wonden en huidaandoeningen.

Lythrum salicaria – Kattestaart – C,W

0.60-1.20, 6-9, roze-rood

Vroeger gebruikt als bloedstelpend middel. De naam komt uit het Grieks en betekent geronnen bloed (zinspeelt op de bloemkleur).

Malva – Kaasjeskruid. De naam kaasjeskruid attendeert u op de vorm van de vrucht die aan een platte ronde kaas doet denken. Malva komt van het Griekse woord malakos (zacht), en slaat op de verzachtende werking als artsenijkruid.

Malva alcea – Vijfdelig kaasjeskruid – B,Cc,D

0.50-1.00, 6-9, roze. Bijenplant

Malva moschata – Muskuskaasjeskruid – B,Cc,D

0.30-0.60, 7-9, roze. Zaait zich gemakkelijk uit

Malva sylvestris – Groot kaasjeskruid – B,C

0.30-1.20, 6-10, roze met donkere strepen. Zaait zich gemakkelijk uit

De bloemen worden veel in theemengsels tegen hoest gebruik.

Melica uniflora – Eénbloemig parelgras – D,E

0.20-0.60, 5-8, losse aren

Mentha aquatica – Watermunt – C,D,E,W

0.30-0.90, 6-10, roodachtig lila

Geneeskrachtig, tegen diarree, als opwekkend middel en als warme drank bij verkoudheid en griep.

Mentha arvensis – Akkermunt – Cc,W

0.15-0.45, 7-10, lila

De olie die uit de akkermunt gewonnen wordt gebruikt men voor de bereiding van kruidenthee en siropen, in de cosmetica en de zoetwaren industrie.

Menyanthes trifoliata – Waterdrieblad – Ondiep water

0.15-0.30, 5-6, wit, langstelige bloeitros

Myosotis palustris – Moeras vergeet-mij-nietje – C,E

0.15-0.40, 5-10, helderblauw

Myosotis sylvatica – Bos Vergeet-mij nietje – C,D,E

0.15-0.50, 5-7, blauw, éénjarig

Nympaea alba – Waterlelie – Waterplant

tot op 2.00 diep, 5-8, wit

Nymphoides peltata – Watergentiaan – Waterplant

0.90-1.50, 7-9, goudgeel

Gebruikscode in het kort,

L. Planten voor liefhebbers, oftewel planten die speciale zorg behoeven.

  1. Planten voor Kalkarme zandgronden.

Aa. Planten voor kalkhoudende, droge zandgronden.

  1. Planten voor ruderale gronden.
  2. Planten voor natte weiden.

Cc. Planten voor voedselrijke vochthoudende bodems, vooral op leem- , klei- en zavelgronden.

  1. Zoomplanten. Planten die op de overgang van de ene naar de andere vegetatie groeien.
  2. Bosplanten, min of meer voedselrijke niet te droge grond.
  3. Plant die woekert.

Oenothera biennis – Middelste teunisbloem – A,Aa,B

0.60-0.90, 6-9, lichtgeel

Plant uit Noord Amerika, ingevoerd rond 1700. De bloemen openen zich in de namiddag.

Oenothera parviflora – Kleine teunisbloem – A,Aa

0.45-0.90, 6-8, lichtgeel

Ononis repens – Kruipend stalkruid – A,L

0.20-0.60, 6-9, roze

Stalkruid komt van stallen, dit is een oud woord voor urineren, omdat het vee na het eten van de plant gaat wateren. Water waarin stalkruid is meegekookt bevordert het urineren bij mens en dier.

Ononis spinosa – Kattedoorn – Aa,B

0.30-0.60, 6-9, roze

Origanum vulgare – Wilde marjolein – B,D

0.60-0.90, 7-9, licht purper. Bijenplant

Geneeskrachtig, ze werkt regulerend op de stofwisseling, winddrijvend en krampwerend. Olie uit de plant gedistilleerd heeft een heilzame werking op pijnlijke en stijve gewrichten. De bloeiende toppen kunnen als kleurstof gebruikt worden.

Paris quadrifolia – Eénbes – D,L

0.15-0.30, 3-5, groenachtig, zwarte bes

Pastinaca sativa – Pastinaak – Cc,B

0.60-1.50, 7-8, geel

Tot de achttiende eeuw als voedselgewas verbouwd, daarna verdrongen door de peen.

Pentaglottis sempervirens – Groenblijvende ossetong – D,E

0.30-1.00, 5-9, lichtblauw. Stinzenplant

Pimpinella major – Grote bevernel – Cc,D

0.30-0.90, 6-9, wit

Kalkminnend. Geneeskrachtig, tegen griep, hoest en stoornissen in de spijsvertering.

Pimpinella saxifraga – Kleine bevernel – A,Aa

0.30-0.60, 7-9, wit

Plantago media – Ruige weegbree – Aa

0.30-0.45, 5-6, bloemen wit, meeldraden roze

Verfplant. Geneeskruid. De fijngestampte bladeren op de wond gewreven werken bloedstelpend en verlichtend bij verbranding en insectenbeten.

Polygonatum multiflorum – Veelbloemige salomonszegel – D,E

0.30-0.60, 5-6, wit met groen

Giftig. In de littekens die de afgestorven stengels op de wortelstok achterlaten zag men de afdruk van een zegelring, en wel die van Koning Salomo.

Polygonatum odoratum – Duinsalomonszegel – D,E

0.15-0.50, 5-6, wit met groen

Polygonum bistorta – Adderwortel – C,E

0.20-0.50(-1.00), 6-7, vaak weer 8-9, roze

De wetenschappelijke naam houdt verband met de ondergrondse stengel bis=tweemaal, tortus=gedraaid en de Nederlandse naam duidt op de slang waarop volgens het volksgeloof de bruine wortel lijkt.

Potentilla-Ganzerik. Potentilla is een verkleinwoord van het Latijnse potens dat machtig, sterkwerkend betekent en er op duidt dat de plant grote geneeskrachtige waarde werd toegekend. De Nederlandse naam ganzerik slaat op het feit dat ganzen de plant graag eten.

Potentilla argentea – Viltganzerik – A

0.10-0.40, 6-10, geel, kalkmijdend

Potentilla erecta – Tormentil – Cc

0.15-0.30, 6-8, geel

De wortel bevat de kleurstof tormentilrood. Tormentil is afkomstig van het Latijnse tormentilla dat darmkoliek betekent. De plant wordt nog steeds gebruikt bij buikklachten.

Potentilla palustris – Moerasaardbei – Moerasplant

0.30-0.90, 6-7, purper-donkerrood

Potentilla sterilis – Aardbeiganzerik – E

0.05-0.10, 4-5, wit, kalkmijdend

Primula-Sleutelbloem. Primula komt van het Latijnse woord primus dat eerste betekent daar enkel Primula’s tot de eerste bloeiende voorjaarsplanten behoren. De naam sleutelbloem berust op de gelijkenis van de bloemstengel met de baard van een sleutel.

Primula elatior – Slanke sleutelbloem – E,L

0.15-0.30, 3-5, geel

Primula veris – Echte sleutelbloem – E,C

0.15-0.30, 3-4, dooiergeel

Primula vulgaris – Stengelloze sleutelbloem – D,E

0.05-0.15, 3-5 (12-1), zachtgeel

Pulicaria dysenterica – Heelblaadjes – C,W

0.60-0.90, 7-9, dooiergeel

Pulmonaria angustifolia – Smal longkruid – D,E

0.10-0.20, 3-5, eerst roodachtig later blauw

Stinzenplant.

Pulmonaria officinalis – Breed longkruid – C,Cc

0.10-0.30, 3-5, eerst roodachtig/paars-blauw

Oud geneeskruid. De jonge bladeren kunnen als salade gegeten worden.

Ranunculus – Boterbloem, de naam boterbloem kreeg het geslacht vanwege de glanzende boterkleurige bloemblaadjes.

Ranunculus acris – Scherpe boterbloem – C,Cc

0.30-0.90, 5-9, goudgeel

Ranunculus aquatilis – Waterranonkel – Waterplant

0.05-0.10, 5-8, geel

Ranunculus auricomus – Gulden boterbloem – C,E

0.15-0.45, 4-5, goudgeel

Ranunculus bulbosus – Knolboterbloem – A,Aa

0.15-0.30, 5-6, goudgeel

Gebruikscode in het kort,

  1. Planten voor liefhebbers, oftewel planten die speciale zorg behoeven.
  2. Planten voor Kalkarme zandgronden.

Aa. Planten voor kalkhoudende, droge zandgronden.

  1. Planten voor ruderale gronden.
  2. Planten voor natte weiden.

Cc. Planten voor voedselrijke vochthoudende bodems, vooral op leem- , klei- en zavelgronden.

  1. Zoomplanten. Planten die op de overgang van de ene naar de andere vegetatie groeien.
  2. Bosplanten, min of meer voedselrijke niet te droge grond.
  3. Plant die woekert.

Sagittaria sagittifolia – Pijlkruid – Oeverplant

0.30-0.90, 6-9, wit

Salvia pratensis – Veldsalie – Aa,Cc

0.30-0.60, 5-7, donkerblauw. Bijenplant.

Salvia verbenaca – Aa,Cc

0.30-0.50, 6-8, blauw

Salvia verticillata – Kranssalie – Aa,B,D

0.30-0.60, 6-9, blauw-lila

Plant komt oorspronkelijk uit Zuid-Europa.

Sanguisorba komt van het Latijnse woord welke bloed opslorpen betekent. Bloedingen tegengaande plant, door de aanwezigheid van looizuur in de wortelstok.

Sanguisorba minor – Kleine pimpernel – Aa

0.30-0.60, 5-7, groenachtig

Sanguisorba officinalis – Grote pimpernel – C,Cc

0.30-0.90, 6-9, roodbruin

Sanicula europaea – Heelkruid – E,L

0.30-0.45, 5-7, wit

Geneeskruid dat gebruikt wordt om wonden te helen.

Saponaria officinalis – Zeepkruid – B,D,W

0.40-0.70, 7-9, roze-wit

De wortel in warm water geweekt levert een zeepsopachtige substantie op die bijna net zo goed reinigt als zeep. Bij het brouwen van bier wordt het gebruikt om een betere schuimvorming te krijgen. In de geneeskunde wordt het nog aangewend bij huidaandoeningen.

Saxifraga granulata – Knolsteenbreek – Cc,E,L

0.15-0.40, 5-6, wit, kalkmijdend

Saxifraga granulata var. plena – Haarlems klokkenspel – D,E

0.15-0.40, 5-6, wit. Stinzenplant.

Scabiosa columbaria – Duifkruid – Aa

0.30-0.60, 6-10, lila-blauw

De wetenschappelijke geslachtsnaam duidt op het vroegere gebruik als middel tegen schurft. Latijn scabies=schurft.

Scrophularia-Helmkruid. De wetenschappelijke naam is afgeleid van scrophula=halszweer, daar men de plant gebruikte om deze te genezen. De naam helmkruid heeft de plant te danken aan de gelijkenis die de bloemen vertonen met een ouderwetse ridderhelm.

Scrophularia nodosa – Knopig helmkruid – D,E

0.30-1.20, 6-9, rood-bruin

Scrophularia auriculata – Geoord helmkruid – C,D

0.60-1.20, 7-9, purper-bruin

Scutellaria galericulata – Blauw glidkruid – C,W

0.15-0.45, 6-9, blauw-violet

Sedum telephium ssp. telephium – Gewone hemelsleutel – C,E

0.25-0.60, 7-8, bleekpurper, vochtige zandgrond

Selinum carvifolia – Karwijselie – D,E,L

0.30-0.90, 7-8, eerst lichtrood later wit

Senecio. De geslachtsnaam is afkomstig van het Latijnse senex dat grijsaard betekent, omdat de bloemen spoedig na de bloei zaad vormen. Het zaadpluis geeft het geheel een grauw aanzien.

Senecio fluviatilis – Lancetbladig Kruiskruid – Cc

0.90-1.50, 8-9, geel

Silene dioica – Dagkoekoeksbloem – C,Cc,D,E,W

0.30-1.00, 4-10, lila-rood

De bloemen zijn overdag geopend, dit in tegenstelling met de andere soorten van dit geslacht.

Silene pratensis – Avondkoekoeksbloem – B

0.20-1.00, 5-10, wit

De bloemen openen zich bij donker weer en tegen de avond.

Silene vulgaris – Blaassilene – Aa,B

0.30-0.60, 6-9, wit met roze aderen

Stachys is afkomstig van het Griekse woord stachus dat aar betekent, vanwege de in een schijnaar zittende bloeiwijze.

Stachys officinalis – Betonie – C,Cc,D

0.30-0.90, 6-8, lila-purper

Verfplant die een gele kleur oplevert. Als geneeskruid wordt ze gebruikt bij verkoudheid en griep, en als versterkend middel.

Stellaria holostea – Grootbloemige muur – D,E

0.15-0.30, 5-7, wit

Stratiotes aloides – Krabbescheer – Waterplant

0.15-0.40, 5-7, wit

Succisa pratensis – Blauwe knoop – C,Cc

0.30-0.90, 7-9, blauw. Bijenplant

Succisa komt van het Latijnse woord succidere, dat betekent van onderen afgesneden, gebeten, want de wortel eindigt alsof ze is afgesneden of gebeten. Geneeskruid dat nog steeds gebruikt wordt om de verzachtende, slaapopwekkende en koortswerende eigenschappen.

Gebruikscode in het kort,

  1. Planten voor liefhebbers, oftewel planten die speciale zorg behoeven.
  2. Planten voor Kalkarme zandgronden.

Aa. Planten voor kalkhoudende, droge zandgronden.

  1. Planten voor ruderale gronden.
  2. Planten voor natte weiden.

Cc. Planten voor voedselrijke vochthoudende bodems, vooral op leem- , klei- en zavelgronden.

  1. Zoomplanten. Planten die op de overgang van de ene naar de andere vegetatie groeien.
  2. Bosplanten, min of meer voedselrijke niet te droge grond.
  3. Plant die woekert.

Teucrium chamaedrys – Echte gamander – Aa

0.15-0.30, 7-8, purper

Teucrium scorodonia – Valse salie – D

0.45-0.90, 7-8, bleekgeel, kalkminnend

Thalictrum – Ruit de naam heeft betrekking op de ruitvormige blaadjes. De bladeren bevatten een gele kleurstof die vroeger gebruikt werd om wol te verven.

Thalictrum flavum – Poelruit – C,E

0.45-0.90, 6-7, geelachtig

Thalictrum minus – Kleine ruit – A,Cc,E

0.30-0.60, 5-6, geelachtig

Thymus pulegioides – Grote tijm – A,Aa

0.25-0.30, 6-8, purper-lila. Bijenplant

Tragopogon is afgeleid van de Griekse woorden: tragos=bok en pogon=baard; omdat het zaad er baardachtig uitziet (als van een bok). De oude volksnaam is boksbaard. De plant werd vroeger als groente gekweekt en is later verwilderd.

Tragopogon porrifolius – Paarse morgenster – B,W

0.60-1.20, 6-7, violet, één of tweejarig

Tragopogon pratensis subsp.pratensis – Gele morgenster – B,W

0.30-0.60, 5-7, geel, één of tweejarig

De bloemen gaan ’s morgens om 8 uur open en om 12 uur weer dicht.

Tragopogon pratensis subsp.orientalis – Ooserse morgenster – B,Cc,W

0.30-0.60, 5-7, geel, één of tweejarig

Thyphaceae angustifolia – Kleine lisdodde – Ondiep water

1.00-3.00, 6-8, onbeduidend

Valeriana officinalis – Echte valeriaan – C,Cc,D,E,W

0.60-1.20, 5-6, roze. Bijenplant.

Geneeskruid. Valeriaantinctuur is een bekend huismiddel tegen prikkelbaarheid en slapeloosheid. De geur van de plant lokt katten.

Verbascum, de geslachtsnaam is afgeleid van het woord barbascum, van het Latijnse barba=baard, hetgeen slaat op de wollige haren op de stengel, bladeren en meeldraden. De Romeinen gebruikten de plant als toorts, door haar te ontdoen van de bladeren en de bloemaar in hars of pek te dopen. Later werd het harige dons van de plant gebruikt voor het maken van kaarslonten of als lont voor de olielamp.

Verbascum blattaria – Mottenkruid – A,Aa

0.60-0.90, 5-8, geel, vochtige zandgrond

De plant kreeg haar naam omdat ze motten aantrekt.

Verbascum nigrum – Zwarte toorts – B,D,W

0.60-1.50, 6-9, geel

Verbascum thapsus – Koningskaars – B,W

0.30-1.50, 7-9, geel

Oud geneeskruid dat nog wel gebruikt wordt tegen borstaandoeningen.

Verbascum densiflorum – Stalkaars – A,B,W

0.80-2.00, 7-9, geel

Fijngestampt zaad heeft een verdovende werking. Het werd vroeger wel aan de vissen gevoerd, zodat men ze gemakkelijk met de hand kon vangen.

Verbena officinalis – ijzerhard – B

0.30-0.75, 5-10, lila

Oud geneeskruid. Het verse sap kan gebruikt worden op omslagen bij slecht helende wonden en voor het spoelen van de mondholte bij blaasjes in de mond.

Veronica – Ereprijs. Ereprijs kreeg haar naam omdat de mensen haar grote geneeskracht toedichtten en de plant daarom eer en prijs van lof verdiende.

Veronica austriaca – Breedbladige ereprijs – A,Aa

0.10-0.50, 5-6, blauw

Veronica beccabunga – Beekpunge – Cc,W

0.15-0.60, 5-9, hemelsblauw, waterplant

Veronica longifolia – Langbladige ereprijs – C,Cc

0.60-1.20, 7-8, blauw, oevers

Vinca minor – Kleine maagdenpalm – D,E

0.15-0.30, 3-5, blauw

Vinca komt van vincire dat binden, omwinden betekent en in verband staat met een oud gebruik om een krans van maagdenpalm om het hoofd te binden van bruiden en jonggestorvenen. De toevoeging palm slaat op de altijd groene bladeren.

Viola komt van het Griekse woord ion=violetkleurig, daar veel soorten een violette bloemkleur hebben.

Viola odorata – Maartsviooltje – D,E

0.05-0.15, 3-5, violet met witte voet

Welriekende plant (odorata=welriekend). Uit de verse bloemen kan men een hoestsiroop voor kinderen bereiden; hiertoe kookt men een aftreksel van de bloemen met suiker.

Viola riviniana – Bosviooltje – D,E

0.05-0.35, 4-5, blauw

Kwekerij de Beemd

Kwekerij De Beemd: Vanaf heden gesloten voor bezoek en verkoop

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Oudendijk 25  |  9989 EM Warffum |  kwekerijdebeemd@hetnet.nl |  Tel: (0595) 424589

 

 

 

 

 

 

 

Contact opnemen

Pin It on Pinterest

Share This